Stap 3: Pompen

Na afkoeling worden de twee elektroden en een speciaal vulbuisje aan de buis vast gesmolten. Dan wordt eveneens het druppeltje kwik ingebracht. Eventueel worden de elektroden daarna met een hoogfrequente inductie spoel tot 500 graden verhit zodat ook zij volkomen schoon en vetvrij zijn. Nu is het moment aangekomen om de neonbuis vacuüm te trekken. Via het aangesmolten vulbuisje wordt de neonbuis aangesloten op een pompsysteem waarmee een druk van minder dan een duizendste mm kwikdruk bereikt kan worden. Is het vereiste (bijna) vacuüm bereikt, dan word het systeem afgesloten en laat men het edelgas onder een druk van circa een honderdste atmosfeer in de buis. Vervolgens wordt het vulbuisje verhit tot het smeltpunt.
Door de buitendruk sluit het vulbuisje zich hermetisch. Tijdens het pompproces kan men de elektroden in de buis aansluiten op een bombarde. Deze regelbare transformator heeft een secundaire spanning tot 10.000 Volt en moet 0,5 tot 1 Ampère. Kunnen leveren. Door tijdens het pompproces een stroom door de buis te laten lopen word de buis sterk verhit. De werking is vergelijkbaar met die al eerder genoemde oven. Is de buis geheel schoon en vacuüm, dan word het edelgas toegevoegd en het vulbuisje afgesmolten.

Lees verder bij stap 4: het testen